pip

Uitspraak:  US [pɪp] UK [pɪp]
  • n.Zaden pieptonen, (vooral radio) tijd signaal, en (op de dobbelstenen, Domino, speelkaarten)
  • v.Nipt versloeg; overwinning; tot slot versloeg
  • WebBeeld-in-beeld (Picture in Picture), invoegen video; punten (pitten)
n.
1.
een kleine zaad in een stuk fruit
n.
1.