skirt

Uitspraak:  US [skɜrt] UK [skɜː(r)t]
  • v.Omgeven door... Voor vier weken en is gelegen in... Marges; ... De rand; intrekking (onderwerp)
  • n.Vrouw rokken en (jurken, jassen, etc), zoom, (voertuigen of machines base) omlijsting
  • WebRok; jurken; rokken
n.
1.
een stuk van de kleding voor een vrouw of meisje. Het hangt van de taille en geen deel uitmaakt van tussen de benen
2.
het deel van een jurk of jas die lager is dan de taille
3.
iets dat betrekking heeft op het onderste gedeelte van een machine of een voertuig
v.
1.
om te gaan rond de rand van een plaats of ding
2.
om te voorkomen dat praten over iets onaangename