box

Uitspraak:  US [bɑks] UK [bɒks]
  • n.Vak vak; vak
  • v.(Boksen) beat (iemand) (iets) zetten boksen (of een box, vak)
  • WebVak; vak; een balk
n.
1.
een container met rechte zijden, een vlakke base, en soms een deksel; de dingen in een vak, of het bedrag dat een vak bevat
2.
een ruimte op een gedrukte vorm, waarin u schrijven; een ruimte op een computerscherm, waar u kunt lezen of schrijven van een bepaald type informatie
3.
een kleine afgesloten ruimte met zitplaatsen in een theater of sport grond, los van waar de rest van het publiek zit
4.
het strafschopgebied in voetbal
5.
een adres dat sommige mensen gebruiken in plaats van brieven geleverd aan hun huis
6.
een boom met kleine glanzende bladeren die mensen vooral rond de randen van hun werven groeien
7.
een kist voor een dood lichaam
8.
een telefooncel
9.
een kopje gedragen door mannen bij het afspelen van sport
10.
de televisie
v.
1.
om te vechten in de sport van boksen
2.
om iets in een doos
Europa >> Verenigd Koninkrijk >> Vak
Europe >> United Kingdom >> Box