inventor

Uitspraak:  US [ɪnˈventər] UK [ɪnˈventə(r)]
  • n.Uitvinder; De uitvinder; Creator
  • WebUitvinder; Patent uitvinder; Meesters van de uitvinding
concoct construct contrive cook (up) devise drum up excogitate fabricate make up manufacture think (up) trump up vamp (up)
n.
1.
iemand die iets heeft uitgevonden of wiens taak het is om dingen uitvinden
na.
1.
De variant van de uitvinder