chisel

Uitspraak:  US [ˈtʃɪz(ə)l] UK ['tʃɪz(ə)l]
  • n.Beitels en beitel
  • v.Eagle truc; fraude; Kill (persoon)
  • WebBeitel en beitel en bedriegt
n.
1.
een instrument met een plat metalen mes gebruikt voor snijden hout of steen
v.
1.
te snijden hout of steen met een beitel
2.
om iets te krijgen van iemand door tricking hen. Iemand die dit doet heet een chiseler